Wat Kek haar (uitgestelde) vierdaagse zeewandeling had moeten worden, is
-alweer met dank aan Corona-
afgeslankt tot 2 dagen Oostende.
Ideaal om de nieuwe editie van Crystal Ship te gaan verkennen met Margot!
Dachten we …
De vijf (!) nieuwe kunstwerken liggen niet in het centrum!
Gelukkig hebben we op voorhand al een werk gespot dat bij de afrit Passendale ligt, in het nieuwe Oostendse Wetenschapspark.
(We hebben er geen van beiden al over gehoord, over dat park.)
Op de muur van Bluebridge, een incubator die bedrijven in de blauwe economie stimuleert, schilderde Elisa Capdevila een slapende kind. De Spaanse kunstenares werkt altijd rond kindertijd, nostalgie en familie.


In zijn typische realistische stijl schilderde Case Maclaim een vrouw die een witte substantie van haar handen wrijft, symbool voor white washing.
De Black Lives Matter-beweging ligt hem heel nauw aan het hart.


DFace schilderde deze gigantische kussende zeemeermin. Het werk doet wat aan een Roy Lichtensteinaffiche denken. Het werd het boegbeeld van de editie 2020 van Crystal Ship.

De Brusselaar Eres zette een eerbetoon aan de zorgsector op de muur van de hockeyclub, tegenover het nieuwe AZ Damiaan.
Het is zijn eerste werk in het openbaar sinds het begin van de coronacrisis. Hij koos er bewust voor om de verplegers en artsen zonder hoofd af te beelden, zodat iedereen er zich door aangesproken kon voelen.

Ergens onderweg spotten we nog een klein ‘Strookje’.
Strook is de artiest van het werk dat in Oostende boven het toeristisch infokantoor hangt.

En ook een paar Jaune’s!


Het vijfde werk is niet echt een nieuw werk. Het nieuwe schild voor Oostende van Alexis Diaz hing al in 2017 eens in de Kapellestraat! Kijk hier!
En dus, omdat er voor Crystal Ship in 2020 maar 5 werken gemaakt zijn, kunnen we stellen dat dit eigenlijk een beetje een ontgoocheling werd.
En toen kwam Odette!
De eerste echte Belgische storm (politieke stormen niet meegerekend)…
Ineens waren we een beetje blij dat we maar voor vijf werken de deur uit moesten!
Omdat wandelen jammer genoeg écht niet aan de orde was -weggeblazen zonder houvast- trokken we naar de Venetiaanse gaanderijen voor Permeke.
De tentoonstelling
‘Over Permeke. Met de klankkleur van een basviool’
is er nog tot 8 november 2020.
De focus ligt op de relatie van Constant Permeke met Oostende.
Toch straf, vindt Kek hoe Oostende de laatste jaren haar kunstenaars in ere herstelt.
Ensor, Spilliaert, Servais, en nu dus Permeke.
Om eerlijk te zijn, Kek was geen fan van Permeke: te duister, te hoekig, te groot, te vervormd en erg confronterend…
Dus ware het niet van Odette geweest dan waren we er allicht niet naartoe gegaan.
Maar ook hier geldt weer:
‘Onbekend is onbemind’.
Dankzij de tentoonstelling leren we Constant ook als mens kennen,
een nauwkeurig observerende en diep denkende mens.
En die valt Kek absoluut niet tegen.
Het is spijtig, en ook wat onbegrijpelijk dat we geen foto’s mogen maken.
De bezoekers doen het toch voortdurend, met hun smartphone, en als we de suppoost er op attenderen, is het antwoord: ‘ik weet het, zeggen helpt niets’.
Bij twee werken kan Kek het ook niet laten…

Visser in zeilboot, 1913

Van dit werk is Kek de naam vergeten …
Het is een kermispaardje dat Permeke schilderde nadat zijn zoontje Mattheus aan mazelen gestorven was.
Het is een kermispaardje dat Permeke schilderde nadat zijn zoontje Mattheus aan mazelen gestorven was.
In grote lijnen heeft Permeke drie periodes gekend.
De eerste waarin hij vooral de zee en het vissersvolk schilderde.
De tweede waarin hij, in de beginjaren in Jabbeke, de boeren en hun relatie met de natuur schilderde.
En later toen hij begon te beeldhouwen heeft hij ook veel naakten getekend en geschilderd.
In de tentoonstelling zijn ook veel foto’s te zien over momenten in Permeke’s leven.
Fotograaf Antony, ook een Oostends monument, was blijkbaar naast zijn neef ook een goede vriend!
We zijn zo verrast door de tentoonstelling dat we, terug thuis, een en ander opzoeken over Permeke.
Gezellig, met het gegier van de stormwind op de achtergrond…
En zo trekken we op dag 2 naar het Permeke-museum in Jabbeke!
Het museum is gevestigd in het huis dat Permeke in 1929 liet bouwen, naar een eigen ontwerp.
Hij noemde het ‘De Vier Winden’
en ja, het heeft ramen die uitkijken op de vier windstreken!
Zicht van op de Gistelsteenweg

Zicht vanuit de tuin, met een monumentale linde en het beeld Niobe.

Zicht vanuit het huis op de achterliggende tuin

De ontvangst in het museum is geweldig, en geweldig professioneel.
Foto’s maken mag daar wel!
Het museum is absoluut de moeite waard.
Het laat niet alleen werken van Permeke zien, maar leert ons ook de mens Permeke kennen.
En dan is er het solide gebouw van De Vier Winden zelf!
Mooie ruimtes, grote ramen, prachtige, onverwoestbare trap, … en dat daterend van 1929.
De grote tuin moet zeker in een periode waar er in Jabbeke nagenoeg alleen kleine keuterboerkes leefden, vreemd bekeken zijn.
In de ontvangstruimte hangt een werk dat geschilderd is vanuit deze ruimte:
Jabbeke in 1940.
Het laat de kerktoren van Jabbeke en de straat met huizen en soldaten zien.
De suppoost wijst ons op een plezant detail:
een plassend jongentje!



Boerengezin met kat, 1928

Portretten van Thérèse en Beatty, zijn twee dochters

Stal met koeien

Een merkwaardig licht schilderij!
In de aterlierruimte hangen ook foto’s.
Het zijn voor een deel dezelfde als in de Venetiaanse gaanderijen.




De foto’s laten een gevoelige en tevreden mens zien.
Zijn lach is spontaan en het is duidelijk dat hij zeer geliefd was
in zijn gezin en bij zijn vrienden!
En nu dus ook bij Kek!
Het is altijd mooi om de mens achter een kunstenaar te leren kennen.